Stryker SIDNE Suite Manual Del Usuario página 135

Richtlijnen en fabrikantenverklaring: elektromagnetische immuniteit
Het SIDNE-systeem is bedoeld voor gebruik in de hierna vermelde elektromagnetische omgeving.
De gebruiker van de SIDNE dient ervoor te zorgen dat het apparaat in een dergelijke omgeving wordt
Immuniteits- IEC 60601
test testniveau
Geleide RF 3 V rms 150 kHz
IEC 61000-4-6 tot 80 MHz
Uitgestraalde
RF 80 MHz tot
IEC 61000-4-3
OPMERKING 1: bij 80 MHz en 800 MHz is het hoogste frequentiebereik van toepassing.
OPMERKING 2: het kan zijn dat deze richtlijnen niet op alle situaties van toepassing zijn.
Elektromagnetische voortplanting wordt beïnvloed door het absorptie- en reflectievermogen van
structuren, objecten en personen.
(a) De veldsterkte die wordt uitgestraald door vaste zenders, zoals basisstations voor (mobiele/
draadloze) radiotelefoons en mobiele landradio's, amateurradio's, AM- en FM-radio-uitzendingen
en tv-uitzendingen kan niet theoretisch met nauwkeurigheid worden voorspeld. Om de door vaste
RF-zenders veroorzaakte elektromagnetische omgeving te evalueren, moet een elektromagnetische
meting van de locatie worden overwogen. Als de gemeten veldsterkte in de locatie waarin het SIDNE-
systeem wordt gebruikt, het bovenvermelde toepasselijke RF-nalevingsniveau overschrijdt, moet
het SIDNE™-systeem worden gemonitord om te verifiëren of het normaal werkt. Als het systeem
niet normaal werkt, zijn er wellicht aanvullende maatregelen vereist. Zo kunt u het SIDNE-apparaat
verplaatsen of anders richten.
(b) Over het frequentiebereik van 150 kHz tot 80 MHz moet de veldsterkte minder dan 3 V/m zijn.
Nalevings-
niveau
3 V
3 V/m 3 V/m
2,5 GHz
gebruikt.
Elektromagnetische omgeving –
De afstand tussen draagbare en mobiele RF-
communicatieapparatuur en enig onderdeel
van het SIDNE-systeem, met inbegrip van de
kabels, mag niet kleiner zijn dan de aanbevolen
tussenruimte, berekend volgens de vergelijking
die van toepassing is op de frequentie van de
Aanbevolen tussenruimte
d = 1,2√P 80 MHz tot 800 MHz
d = 2,3√P 800 MHz tot 2,5 GHz
waarbij P het maximale nominale
uitgangsvermogen van de zender in watt (W)
is volgens de fabrikant van de zender en d de
aanbevolen tussenruimte in meter (m) is.
De door vaste RF-zenders uitgestraalde
veldsterkte, zoals vastgesteld door
elektromagnetische meting van de locatie (a),
moet lager zijn dan het nalevingsniveau in elk
frequentiebereik (b).
Storingen kunnen optreden in de omgeving van
apparatuur die van onderstaand symbool is
voorzien:
richtlijnen
zender.
d = 1,2√P
131