Bedienen
Bedieningsinstructies
Afhankelijk van het land, is het mogelijk moet worden
gemeld dat er een laadinstallatie voor een elektrisch
voertuig is aangesloten.
e
Controleer de meldplicht en de wettelijke bepa-
lingen voor de inbedrijfstelling.
OPMERKING
Beschadiging van de lader
e
Plaats de lader tijdens het laden altijd op een
stevige ondergrond.
e
Porsche raadt aan de lader te gebruiken in de
wandhouder Basis of in het oplaaddock voor
laadkabel (AC). Afhankelijk van het land, bijvoor-
beeld in Zwitserland
, mag de lader alleen in
1
de wandhouder Basis of in het oplaaddock voor
laadkabel (AC) worden gebruikt.
e
Dompel de lader niet onder in water.
e
Bescherm de lader tegen sneeuw en ijs.
e
Ga bedachtzaam om met de lader en bescherm
deze tegen belasting zoals overrijden, vallen,
trekken, knikken en platdrukken.
e
Open de behuizing van de lader niet.
OPMERKING
Beschadiging van de lader
1. Stand bij het ter perse gaan: Raadpleeg uw Porsche dealer voor meer informatie.
De lader mag alleen worden gebruikt binnen een
temperatuurbereik van –30 °C tot +50 °C.
e
Stel de lader niet langdurig bloot aan direct zon-
licht om oververhitting tijdens het gebruik te
voorkomen. Bij oververhitting van de lader wordt
het oplaadproces automatisch onderbroken, tot-
dat de temperatuur weer tot een normale waarde
is gedaald.
e
Laat de lader bij te hoge of lage temperaturen
langzaam weer op de bedrijfstemperatuur ko-
men. Ga niet actief koelen of verwarmen (bijv.
met koud water of een föhn).
Opladen
Aanw zingen voor het opladen
Oplaadaansluiting (voertuigz de)
Voor informatie over het insteken en uitnemen van de
voertuigkabel uit de oplaadaansluiting (voertuigzijde)
en over de laad- en verbindingsstatus van de oplaa-
daansluiting (voertuigzijde):
g Lees de gebruiksaanwijzing van het voertuig.
Elektrische schok, brand
GEVAAR
Stroomstoten en brand kunnen ernstige of zelfs do-
delijke verwondingen veroorzaken.
e
Houd u bij het laden aan de voorgeschreven volg-
orde.
e
Verwijder de voertuigkabel niet tijdens het laden
uit de oplaadaansluiting (voertuigzijde).
e
Beëindig het laadproces voordat de voertuigka-
bel uit de oplaadaansluiting (voertuigzijde) wordt
getrokken.
e
Trek de lader niet tijdens het laden uit het stop-
contact.
Fouten worden weergegeven op het display en door
rode status-leds. De foutmelding, de oorzaak en een
oplossing worden aangegeven.
e
Hoofdstuk „Bedrijfsstoringen" op pagina 303
volgen.
Bedienen
291