In geen geval mag u canules gebruiken die niet meer goed functioneren of die schade bijv.
scherpe kanten of scheuren vertonen, omdat daardoor het slijmvlies in de luchtpijp bescha-
digd zou kunnen worden. Bij zichtbare schade mag de canule niet meer worden gebruikt.
De obturator kan op dezelfde manier als de tracheacanule worden gereinigd.
Reiniging van tracheacanules met cuff
Het reinigen van de buitencanule mag uitsluitend worden uitgevoerd met een geblokkeer-
de cuff en de veiligheidsballon moet zich buiten de reinigingsoplossing bevinden om het
doordringen van de reinigingsoplossing in de ballon te voorkomen, omdat dit aanzienlijke
beperkingen van de werking en risico's voor de gebruiker kan veroorzaken.
De verblijftijd en daarmee ook de vervangingsintervallen van de canule moeten individueel
en in overleg met de behandelend arts worden bepaald. Uiterlijk na 1 week moet echter de
buitencanule worden gereinigd resp. de canule worden vervangen, omdat dan het risico op
granulatie, tracheamalacie etc. afhankelijk van het ziektebeeld duidelijk groter kan worden.
De buitencanule met cuff kan met een steriele keukenzoutoplossing worden gereinigd/ge-
NL
spoeld.
Om de ballon niet te beschadigen mag u geen borstel gebruiken bij canules met cuff!
Alleen voorzichtige en zorgvuldige hantering kan beschadiging van de ballon en daardoor
een defect van de canule voorkomen.
2. Handleiding voor chemische desinfectie
2.1 Desinfectie van de binnencanule/reiniging van de buitencanule zonder cuff
Het is mogelijk de Fahl
-tracheacanules met speciale chemische desinfectiemiddelen koud
®
te desinfecteren.
Desinfectie dient plaats te vinden wanneer de behandelend arts dit op grond van het spe-
cifieke ziektebeeld voorschrijft of wanneer de desbetreffende verzorgingssituatie hierom
vraagt.
Een desinfectie zal doorgaans nodig zijn ter vermijding van kruisbesmetting en bij gebruik
op afdelingen (bijvoorbeeld in klinieken, verzorgingstehuizen en/of andere gezondheidszor-
ginstellingen) om infectierisico's te beperken.
VOORZICHTIG!
Een eventueel noodzakelijke desinfectie moet altijd vooraf gegaan worden door een
grondige reiniging.
In geen geval mogen desinfectiemiddelen worden gebruikt waarbij chloor vrijkomt of
die sterke logen of fenolderivaten bevatten. De canule kan hierdoor ernstig bescha-
digd raken of zelfs vernield worden.
2.2 Desinfectie van de buitencanule met cuff
Een desinfectie van tracheacanules met cuff mag alleen heel zorgvuldig en gecontroleerd
worden uitgevoerd. De ballon moet in elk geval eerst geblokkeerd worden.
Desinfectiestappen
Hiervoor mag uitsluitend het OPTICIT
canuledesinfectiemiddel (REF 31180) volgens de
®
instructies van de fabrikant worden gebruikt. Als alternatief raden wij een desinfectiemiddel
op basis van glutaaraldehyde aan. Daarbij moeten de betreffende voorschriften van de fab-
rikant over toepassingsgebied en werkingsbereik worden opgevolgd.
Volg de gebruiksaanwijzing van het desinfectiemiddel op.
Na het nat reinigen moet de canule met een schone en pluisvrije doek goed worden afge-
droogd.
3. Sterilisatie/autoclaveren
Het is niet toegestaan het product opnieuw te steriliseren.
X. BEWAREN/VERZORGING
Momenteel niet gebruikte canules moeten in een droge omgeving in een schone kunststof-
doos en beschermd tegen stof, zonlicht en/of hitte worden bewaard.
Nog steriel verpakte reservecanules moeten in een droge omgeving en beschermd tegen
stof, zonlicht en/of hitte worden bewaard.
Bij gereinigde canules moet u erop letten dat de ballon is geleegd (gedeblokeerd) voordat
deze wordt bewaard.
86