Spoelen in intermitterende modus
Bij de modus INTERMITTERENDE VOEDING met een voedings- en spoelset geeft het
openingsmenu, dat weergegeven wordt in Afbeelding 7D, de optie DOORSPOELEN
AANPASSEN (SPOELEN AANP.) weer. Druk op
AANP.) dat weergegeven wordt in Afbeelding 7D, om de doorspoelparameters in het scherm
DOORSPOELEN AANPASSEN (SPOELEN AANP.) uit Afbeelding 14A te programmeren.
Opmerking: De twee intermitterende processen, periodieke bolusvoeding en periodieke
spoeling, zijn beide van zodanige aard dat er af en toe conflicten kunnen ontstaan als
beide processen tegelijkertijd moeten draaien. Het doorspoelproces krijgt voorrang boven
het voedingsproces bij de voedings- en spoelpompsets. 'Spoelvoorrang' houdt in dat een
doorspoelcyclus helemaal afgerond wordt, zelfs al er een bolustoediening gepland staat om te
beginnen. Het houdt ook in dat een doorspoelcyclus een bolusvoedingscyclus die al bezig is,
zal onderbreken. De voedingcyclus gaat als de doorspoelcyclus klaar is, verder waar deze bij de
onderbreking was gebleven. Het is daarom mogelijk dat het nettovoedingsvolume minder is
dan wat er voor een gegeven periode bedoeld was.
Druk op
DOORSPOELVOLUME (SPOELVOLUME) dat weergegeven staat in Afbeelding 14A,
4
om het volume per doorspoelcyclus te definiëren. Druk op de knoppen
worden in Afbeelding 14B, om het doorspoelvolume te programmeren van 10 tot 500 in
stappen van 1 ml. Druk op
DOORSPOELINTERVAL (SPOELINTERVAL) dat weergegeven wordt in Afbeelding
Druk op
4
14A, om het tijdsinterval te definiëren tussen het beginnen van de spoelbeurten. Druk op de
knoppen
die weergegeven worden in Afbeelding 14C, om het tijdsinterval te programmeren
4
van 1 tot 24 uur in stappen van 1 uur. Druk op
De pomp beperkt de doorspoelinstellingen automatisch als deze de mogelijkheden van de
pomp voor het toedienen overschrijden.
Let op: De Kangaroo™ ePump™ enterale voedings- en spoelpomp spoelt met een snelheid
van 1960 ml/uur (32,7 ml/minuut). Wees voorzichtig bij het programmeren van het
doorspoelvolume, zodat het overeenkomt met de behoeften van de patiënt.
Opmerking: De pomp spoelt automatisch een extra 25 ml water door na het toedienen van het geprogrammeerde
oplossingsvolume, zolang er ten minste één spoelbeurt is opgetreden tijdens het toedienen van de oplossing.
Start
De Kangaroo™ ePump™ enterale voedings- en spoelpomp kan alleen worden gebruikt als een pompset correct is geladen en
de benodigde toedieningsparameters zijn geprogrammeerd. Voor een voedings- en spoelset hoeven de doorspoelparameters
niet ingesteld te worden om de pomp in werking te stellen. Als de doorspoelparameters op nul ingesteld worden, zal er niet
doorgespoeld worden.
Druk op
IN WERKING (GEACTIVEERD) nadat u de pomp geprogrammeerd hebt, om de pomp te starten. Op Afbeelding 15A
4
wordt het scherm IN WERKING weergegeven voor continuvoeding met doorspoelen. De statusregel geeft dan IN WERKING weer en
de druppel beweegt verticaal over het scherm. De groene led-indicator is groen verlicht om in een donkere ruimte een snelle visuele
indicatie te geven van een positieve status.
Het scherm IN WERKING (GEACTIVEERD) geeft de voedingssnelheid weer en de hoeveelheid die gevoed is, de doorspoelgegevens
als er een voedings- en spoelpompset gebruikt wordt, en het resterende volume dat toegediend moet worden (resterende VTBD).
Het resterende VTBD wordt weergegeven naast het symbool
Kangaroo™ ePump™ enterale voedings- en spoelpomp met paalklem
(Alleen set voor voeding en spoeling)
DOORSPOELEN AANPASSEN (SPOELEN
4
ENTER (bovenste knop) om het menu af te sluiten.
4
ENTER om het menu af te sluiten.
4
die weergegeven
4
v
.
18
Afbeelding 14A. Menu SPOELEN
AANP. in de intermitterende modus.
Afbeelding 14B. Instellen van het
spoelvolume.
Afbeelding 14C. Instellen van het
tijdsinterval voor spoelen.
Inhoudsopgave