EMAK SATR 15,5 H Manual De Usuario página 225

Gebruik de vergrendeling van de as nooit wanneer u van richting verandert. U kunt
dan de transmissie ernstig beschadigen!
5. DE MACHINE BEDIENEN
Informatie die nuttig is om te weten wanneer u uw maaier voor het eerst gaat
gebruiken:
De maaier is uitgerust met veiligheidscontacten die worden geactiveerd:

- met een schakelaar onder de stoel
- een schakelaar geplaatst in de grasopvangbak of spreider
- de vulschakelaar van de grasopvangbak
- de schakelaar van het rempedaal
De motor stopt automatisch als de gebruiker de zitting verlaat en de machine niet op de

parkeerrem is gezet.
De motor kan alleen worden gestart als het maaimechanisme is uitgeschakeld en de

grasopvangbak of spreider is geïnstalleerd en het rempedaal wordt ingedrukt. De omleiding
voorkomt dat gemaaid gras in de inlaatbuis van de grasopvangbak komt.
5.1 INSPECTIE VOOR STARTEN
Controleer voordat u de maaier start, het volgende:
Het oliepeil van de motor (

De accustatus (

Het brandstofniveau (

Het bandenspanning (

5.2 DE MOTOR STARTEN
a) Trap het rempedaal in.
b) Plaats de hendel van de hoogteafstelling van het maaimechanisme in positie "7".
c) Open op gemotoriseerde machines brandstofdop (alleen op machines met 15,5-pk BS15 motoren).
d) Stel de gashendel als volgt in:
- Op machines met een 2-cilinder motor in de stand "MAX"
- Op machines met een 1-cilinder motor in de stand "STARTER"
e) Trek de starter uit (alleen op motoren met 16 pk of meer)
f) Draai de sleutel in de stand "Start engine" (Motor starten) zodat het contact wordt ingeschakeld. Laat
de sleutel los wanneer de motor is gestart. De sleutel zal automatisch terugkeren in de stand "Ignition
ON" (Contact AAN).
Laat de contactsleutel los zodra de motor aanslaat. De starttijd mag niet langer duren
dan 10 seconden. Anders kan de schakelaar beschadigd raken.
Gebruik nooit vaste externe starters voor het starten van de machine. Hierdoor
zou de elektrische bedrading beschadigd kunnen raken. Er kan een 12V-accu met
een grotere capaciteit worden aangesloten.
g) Duw de starter weer terug (alleen bij machines met 2-cilinder motoren)
h) Verplaats de gashendel langzaam naar de stand "MIN".
Laat de motor enkele minuten draaien, voordat u het maaimechanisme inschakelt.
3.4.1)
3.4.2)
3.4.3)
3.4.4)
225