Met behulp van twee bevestigingsogen aan de zijkant kan een canuledraagband worden bevestigd.
Om drukplekken of de ontwikkeling van granulatieweefsel in de trachea te voorkomen, kan het
raadzaam zijn bij het vervangen canules van verschillende lengtes te gebruiken, zodat de canulepunt
niet altijd op dezelfde plaats contact maakt met de trachea en daardoor mogelijk prikkeling veroorzaakt.
Bespreek de precieze handelwijze altijd eerst met uw behandelend arts.
OPMERKING MRI
LET OP!
Omdat er een klein metalen veertje in het terugslagventiel van de controleballon met vulslang van
de tracheacanules met cuff zit, mag de canule met cuff niet gebruikt worden tijdens beeldvorming
met magnetische resonantie (ook MRI of kernspintomografie genoemd).
MRI is een diagnostische techniek voor de beeldvorming van inwendige organen, weefsels en
gewrichten binnen in het lichaam met behulp van magneetvelden en radiogolven. Metalen voorwerpen
kunnen in het magneetveld getrokken worden en door hun versnelling veranderingen veroorzaken.
Hoewel het metalen veertje bijzonder klein en licht is, kunnen wisselwerkingen niet worden uitgesloten
die de gezondheid in gevaar kunnen brengen of storingen of beschadigingen van de gebruikte
technische apparatuur en van de canule zelf kunnen veroorzaken. Wij raden u aan - indien er voor het
NL
openhouden van de tracheostoma het dragen van een tracheacanule geïndiceerd is - in plaats van de
tracheacanule met cuff in overleg met de behandelend arts een metaalvrije tracheacanule te gebruiken
tijdens het MRI-onderzoek.
LET OP!
Gebruik geen tracheacanule met cuff tijdens een MRI-onderzoek (kernspintomografie of
beelvorming met magnetische resonantie)!
1. Canuleschild
Kenmerkend voor Fahl
anatomie van de hals is aangepast.
Op het canuleschild zijn de maten vermeld.
Aan de zijkanten van het canuleschild van de siliconen canules bevinden zich twee bevestigingsogen
voor het aanbrengen van een canuledraagband.
Bij alle Fahl
-tracheacanules met bevestigingsogen wordt een canuledraagband geleverd. Met de
®
canuleband wordt de tracheacanule aan de hals bevestigd.
De middellange canules (zie maattabel in de bijlage) zijn door middel van een gele ring aan de
binnencanule en door de gele opdruk op het canuleschild van de canule en op de controleballon
voorzien van een kleurcode.
De meegeleverde inbrenghulp (obturator) vereenvoudigt het inbrengen van de canule.
Lees de bijbehorende gebruiksaanwijzing van het canuleband zorgvuldig door als u deze aan de
tracheacanule bevestigt resp. verwijdert.
Let er daarbij op dat de Fahl
ervan door bevestiging van de canuledraagband niet wordt veranderd.
2. Connectors/adapters
Connectors/adapters dienen voor het aansluiten van compatibele canule-accessoires.
De gebruiksmogelijkheid bij individuele gevallen hangt daarbij ook af van het ziektebeeld, bijv. de status
na laryngectomie of tracheotomie.
Connectors/adapters zijn meestal vast met de binnencanule verbonden. Dit betreft de universele opzet
(15 mm-connector), waarmee een zog. kunstmatige neus (filter voor warmte- en vochtwisseling) kan
worden aangebracht.
Deze connector is ook in een speciale uitvoering als 15 mm-draaiconnector verkrijgbaar. De draaibare
variant van de 15 mm-connector is bijv. geschikt voor een beademingsslangsysteem, waarbij de
optredende draaikrachten worden opgenomen en de canules worden ontlast en zodanig in hun positie
worden gestabiliseerd dat slijmvliesirritaties in de trachea zoveel mogelijk kunnen worden vermeden.
Met behulp van de 22 mm lange combi-adapter kunnen ook compatibele filter- en ventielsystemen met
een houder van 22 mm worden aangesloten, bijv. HUMIDOPHONE
46480), HUMIDOTWIN
LARYVOX
HME filtercassettes (ref. 49800).
®
3. Canulebuis
De canulebuis grenst direct aan het canuleschild en leidt de luchtstroom in de luchtpijp.
De Easy Lock 6-kant-aansluiting dient voor de veilige bevestiging van binnencanules en compatibele
accessoires.
Met behulp van de röntgencontraststrook aan de zijkant van de canulebuis kan deze op röntgenfoto's
worden gedetecteerd en kan de positie worden gecontroleerd.
-tracheacanules is het speciaal vormgegeven canuleschild, dat aan de
®
-tracheacanules spanningsvrij in de tracheostoma liggen en dat de positie
®
kunstmatige neus (ref. 46460), COMBIPHON
®
spreekventiel met filterfunctie (ref.
®
®
82
spreekventiel (REF 27131),