BlueMax Mini Modular Plus Manual De Instrucciones página 525

PRESET
Nadat u op RESET/ENTER heeft gedrukt, verschijnt

er een vooraf vastgelegde waarde op het display.
• Plaats de sensor op een bekend meetpunt met meetwaarde,
bijvoorbeeld bij de aanslag van het meettraject met
meetwaarde 0.
• Voer bij parameter tASt I waarde 2 in als 3e cijferpositie
van de code (PRESET) en bevestig dit met RESET/ENTER.
• Om de PRESET-waarde vast te leggen, moet u opnieuw
twee keer op RESET/ENTER drukken en de PRESET-waarde
vastleggen. Vervolgens met de RESET/ENTER-toets bevestigen
• Om de programmering te verlaten, drukt u op toets .
• Vanaf nu wordt het display iedere keer wanneer op de RESET/
ENTER-toets wordt gedrukt, terug op de PRESET-waarde gezet.
SNELLE PRESET
Deze functie is handig wanneer de getoonde

waarde vaak gecorrigeerd moet worden.
• Voer bij parameter tASt I waarde 3 in als 3e cijferpositie van
de code (SNELLE PRESET) en bevestig dit met RESET/ENTER.
• Om de PRESET-waarde vast te leggen, moet u opnieuw
twee keer op RESET/ENTER drukken en de PRESET-waarde
vastleggen. Vervolgens met de RESET/ENTER-toets bevestigen
• Vanaf nu komt u als u drie keer op RESET/ENTER drukt, direct
in het programmeringsmenu en verlaat u dit weer na het
bevestigen.
Nulpuntverschuiving
Definieert drie verschillende nulpunten (0; 1; 2)

die betrekking kunnen hebben op een verwisseling
van gereedschap
• Voer bij parameter tASt I waarde 4 in als 3e cijferpositie van de
code (nulpuntverschuiving) en bevestig dit met RESET/ENTER.
• Door twee keer op de RESET/ENTER-toets te drukken, verschijnt
er op het display PrS0.
• Nu kan de gewenste waarde voor gereedschap 0 (bijvoorbeeld
de ingestelde radius van mes 0) gekozen en met RESET/ENTER
bevestigd worden.
• Nu verschijnt PrS1, die overeenkomt met de gewenste waarde
voor gereedschap 1 (bijvoorbeeld de radius van frees 1): ge-
wenste waarde invoeren en met RESET/ENTER bevestigen.
• Tot slot verschijnt PrS2, die overeenkomt met de gewenste
waarde voor gereedschap 2 (bijvoorbeeld de radius van de snij-
inrichting 2): gewenste waarde invoeren en met RESET/ENTER
bevestigen en het menu verlaten
• Met RESET/ENTER kan nu direct van het ene nulpunt naar het
andere worden gewisseld.
• Een bijzondere situatie – wanneer PrS0 op 0 staat,
zijn alleen PrS1 en PrS2 actief.
OFFSET
De waarde van deze parameter wordt bij de getoonde waarde
van een positieve offsetwaarde opgeteld of van een negatieve
offsetwaarde afgetrokken, om bijvoorbeeld bij een wisseling of
slijtage van gereedschap de waarde te compenseren.
SNELLE OFFSET
Een OFFSET-waarde na twee keer drukken op de RESET/ENTER-
toets direct invoeren, om de getoonde waarde vaak te corrigeren.
H iermee wordt de telrichting vastgelegd.

Met 1 neemt de waarde op het display af. Met 0 neemt
de waarde op het display toe.
Calibrering en ijking
Na de installatie van het apparaat en het programmeren
van alle parameters wordt de ijking uitgevoerd d.m.v. een
PRESET of RESET.
• Plaats de sensor op een bekend meetpunt met
meetwaarde, bijvoorbeeld bij de aanslag van het
meettraject met de meetwaarde 0.
A ls u een ijking op een vooraf vastgelegde

waarde wenst, heeft u een PRESET nodig.
Volg hiervoor de stappen in hoofdstuk Programmering
(PRESET of SNELLE PRESET). Na het bevestigen van de pro-
grammering komt u altijd bij de vooraf vastgelegde waarde
door één keer op de RESET/ENTER-toets te drukken.
A ls u de weergave op nul wilt zetten, heeft u een

RESET nodig.
Volg hiervoor de stappen in hoofdstuk Programmering
(RESET). Zet na het bevestigen van de programmering de
getoonde waarde op nul door één enkele keer op de RESET/
ENTER-toets te drukken.
i
Opmerking, tip
Wij adviseren om het apparaat minimaal eens per
werkjaar in regelmatige afstanden te ijken.
Batterijen vervangen
Het display is voorzien van een ½AA; 3,6V lithiumbatterij.
De levensduur van de batterij bedraagt ca. 4 jaar. Als op het
display een batterijsymbool verschijnt, moet de batterij worden
vervangen. Een verkeerd geplaatste batterij zorgt ervoor dat het
apparaat niet inschakelt, waardoor bescherming tegen onjuiste
poling aanwezig is. Tijdens het verwisselen van de batterij
mag de sensor niet worden verplaatst, omdat anders een
verkeerde waarde wordt getoond en het display opnieuw
geijkt moet worden.
nl
525 525 525