Hickman
Hickman
and Broviac
en Broviac
Central Venous Catheters
centraalveneuze katheters
NEDERLANDS
Brochure met informatie voor patiënten
Deze patiënteninformatiebrochure is bedoeld om u meer inzicht te
geven in het gebruik en de verzorging van uw Hickman™, Leonard™
of Broviac™ centraalveneuze katheter. Een aantal van uw vragen zal
worden beantwoord, maar als u na het lezen van deze brochure nog
vragen hebt, kunt u deze noteren en met uw zorgverlener bespreken. Deze
patiënteninformatiebrochure bevat alleen informatie over de Hickman™,
Leonard™ of Broviac™ centraalveneuze katheters, die zijn ontworpen voor
langdurige toegang tot de bloedbaan.
Wat zijn Hickman™, Leonard™ en Broviac™ centraalveneuze
katheters?
Wat is een katheter en waar is deze van gemaakt?
Een centraalveneuze katheter is een zachte, flexibele, dunne slang die
wordt gebruikt voor het afnemen of het toedienen van vloeistoffen. Het ene
uiteinde van de katheter wordt onder de huid en in een centrale (grote) ader
bij uw hart geplaatst. Het andere uiteinde bevindt zich buiten de huid van
de borstkas ('insteekopening'). Het deel van de katheter dat zich onder de
huid bevindt, wordt aangeduid als het getunnelde gedeelte, dat ook een
manchet bevat om de katheter in het huidweefsel op zijn plaats te houden.
De manchet op de Hickman™, Leonard™ en Broviac™ centraalveneuze
katheters heet SureCuff™-weefselingroeimanchet.
Deze katheters zijn gemaakt van siliconen en kunnen zijn opgedeeld in
één (single) kanaal, twee (dual) of drie (triple) kanalen, die lumina worden
genoemd. Polyester verbindingsstukken met een schroefdraad (luer-
lock) aan de uiteinden van de lumina zorgen ervoor dat afsluitdopjes,
injectiespuiten en extra slangen veilig kunnen worden aangesloten. In
tabel 1 zijn de materialen in de Hickman™, Leonard™ en Broviac™
centraalveneuze katheters vermeld.
Tabel 1: Materiële samenstelling van Hickman™, Leonard™ en
Broviac™ centraalveneuze katheters
Naam van
Bestanddeel
hulpmiddel
Katheterslang
Hickman™,
SureCuff™-
Broviac™ en
weefselingroeimanchet
Leonard™
cnetraalveneuze
Katheterhub met luer-lock
katheters
Duimklemmen
Uw arts heeft gekozen voor een katheter die geschikt is voor uw medische
situatie.
Afbeelding 1 toont de verschillende soorten katheters en enkele van
de belangrijkste onderdelen van het systeem. Sommigen van deze
onderdelen zullen zich onder de huid en in uw lichaam bevinden en u zult
een katheterslang met de lumina door de huid naar buiten zien komen.
Aan het einde van elk lumen bevindt zich een verbindingsstuk, dat kan
worden gebruikt voor infusie (toediening van medicatie of vloeistof die via de
katheter). U kunt mogelijk een klein knobbeltje onder uw huid zien waar de
manchet van katheter zich bevindt. Deze manchet helpt uw katheter op zijn
plaats te houden.
Er wordt een steriel verband (doorzichtige folie) over de toegangsplaats van
de katheter aangebracht om te helpen deze vrij te houden van bacteriën. Als
uw verband vuil is geworden moet een nieuw verband worden aangebracht.
Zie paragraaf 'Verzorging en onderhoud van de katheter' voor meer
informatie over de verzorging van uw katheter.
Elk lumen van de katheter is voorzien van een kleine klem van polypropyleen
om de katheter af te kunnen sluiten wanneer deze niet wordt gebruikt.
Houd de klem gesloten als de katheter niet in gebruik is door deze dicht te
drukken.
, Leonard
, Leonard
™
™
™
™
™
™
Materiaal of stof waaraan de
patiënt kan worden blootgesteld
Siliconen
Dacron
Delrin
Polypropyleen
Enkel lumen
1
2
3
4
5
1. Aansluitingen
2. Aangesloten klemmen
3. Beschermende huls voor afklemmen
4. SureCuff™-weefselingroeimanchet
5. Katheter
Afbeelding 1: Centraalveneuze katheters met één, twee of drie lumina
Wanneer wordt dit hulpmiddel meestal gebruikt?
Hickman™-, Leonard™- en Broviac™-katheters zijn ontworpen voor
langdurige toegang tot de bloedbaan en voor gebruik bij patiënten die
onvoldoende perifere veneuze toegang hebben. Ze zijn verkrijgbaar als
katheter met een, twee of drie lumina.
Alle Hickman™-, Leonard™- en Broviac™-katheters zijn ontworpen voor
de intraveneuze toediening van vloeistoffen, bloedprodukten, medicijnen en
oplossingen voor parenterale voeding, alsmede voor het afnemen van bloed.
Opmerking: Broviac™-katheters met een kleiner lumen kunnen worden
gebruikt voor bloedafname, maar door hun kleine lumen is de
kans op verstopping door de vorming van bloedstolsels groter.
Wanneer mag mijn katheter niet worden gebruikt?
Het hulpmiddel mag niet worden gebruikt als:
•
u een infectie heeft of vermoedt dat het hulpmiddel geïnfecteerd is
(bacteriële infectie, sepsis);
•
als uw lichaamsomvang onvoldoende is voor de grootte van het
geïmplanteerde hulpmiddel;
•
u allergisch bent voor een van de materialen waarvan het hulpmiddel
is gemaakt of vermoedt dat u allergisch bent voor van deze deze
materialen;
•
u een voortdurende of ernstige longaandoening heeft die het moeilijk
maakt om te ademen (mogelijk moet het hulpmiddel dan op een andere
plaats worden ingebracht of geplaatst);
•
u bestraald bent op de plaats waar deze katheter zou worden
ingebracht of geplaatst;
•
als er bij u ooit bloedstolsels zijn ontstaan (veneuze trombose) of een
chirurgische ingreep of procedure is uitgevoerd in de ader of op de
locatie waar dit hulpmiddel zou worden geplaatst.
Over uw medische procedure
Wat houdt het plaatsen van een centraalveneuze katheter in?
Afbeelding 2: Plaatsing van de
katheter in de borstkas
Tijdens de procedure voor het plaatsen van de katheter kunt u medicijnen
krijgen tegen de pijn en en een middel dat u helpt te ontspannen of in slaap
te vallen. In sommige gevallen blijft u wakker tijdens de procedure. Als u zich
hier zorgen over maakt moet u dit bespreken met uw arts.
21
Dubbel lumen
Driedubbel lumen
1
2
3
5
4
Er zijn verschillende plaatsen waar
centraalveneuze katheters (CVC's)
kunnen worden ingebracht. Uw arts zal
de locatie kiezen die het beste voor u
is. Deze CVC's kunnen in de borstkas,
lies of hals worden geplaatst. (Zie
afbeelding 2 voor een voorbeeld van
waar uw katheter kan worden geplaatst.)
De meeste CVC's worden in de borstkas
geplaatst, maar het is mogelijk dat een
andere locatie beter is, afhankelijk van de
toestand van uw aderen.
Voor sommige patiënten wordt
de procedure uitgevoerd als een
poliklinische procedure, wat betekent
dat u na de procedure op dezelfde dag
naar huis kunt. In andere gevallen moet
de patiënt na de ingreep enige tijd in het
ziekenhuis blijven.
1
2
3
5
4