Foto's en video's uit de ingreep worden in aflopende volgorde weergegeven met de meest
recente foto of video linksboven. Onder elke foto- of videominiatuur bevindt zich de
bestandsnaam en een selectievakpictogram. Boven het overzicht van de foto's en video's staat
het pictogram Alles selecteren (Select all). De bestandsnaam is: XXXX, waarmee het aantal
afbeeldingen wordt weergegeven, te beginnen bij 0001. Blader zijwaarts over de miniaturen
om alle foto's en video's van de ingreep te bekijken. Aan de rechterkant van het scherm is de
informatie over het ingreepbestand (Procedure file) beschikbaar.
7.2. Bestanden exporteren naar PACS-server of USB-stick
Voordat u bestanden exporteert, moet u controleren of de verbinding met de PACS-server tot
stand is gebracht (zie hoofdstuk 5.2.) of de USB-stick is geplaatst en de optie voor exporteren
naar USB-bestand is ingeschakeld (zie hoofdstuk 4.3.).
Bestanden voor export selecteren:
• Druk op het tabblad Archief (Archive) en vervolgens op Ingrepen (Procedures).
• Druk op de gewenste ingreepmap.
• Selecteer de gewenste bestanden door de vakjes onder de miniaturen aan te vinken 10
of druk op Alles selecteren (Select all) 11 .
Bestandsformaat selecteren:
• Druk op het exportpictogram 12 .
• Selecteer de bestandsindeling DICOM of BASIC 13 .
• Als u de DICOM-indeling hebt geselecteerd, moeten alle patiëntinformatievelden 14
handmatig worden ingevuld, tenzij de patiëntinformatie vóór of tijdens de ingreep uit de
werklijst werd opgehaald.
Opmerking: Voor exporteren naar een PACS-server moet de DICOM-indeling worden gekozen.
Zie onderstaande tabel voor meer informatie over bestandsindelingen.
Bestanden exporteren:
• Druk op de naam van de PACS-server 15 of de USB-stick 16 waarnaar u wilt exporteren
(groene stip).
• Druk op Exporteren (Export) 17 .
• Wacht tot het exporteren van het bestand is bevestigd door een pop-up op het scherm
voordat u de weergave-eenheid van het wifinetwerk loskoppelt of de USB-stick verwijdert.
Opmerkingen:
•
Controleer altijd of de ingevoerde patiëntgegevens correct zijn voordat u ze naar PACS exporteert.
•
Beschermde gezondheidsinformatie (PHI, Protected Health Information) wordt opgeslagen op de lokale
opslag van de weergave-eenheid totdat de bestanden handmatig of met de automatische
verwijderfunctie worden verwijderd. Voor toegang tot PHI moet u zich aanmelden.
•
Gebruik altijd een beveiligd netwerk bij het exporteren van bestanden vanaf de weergave-eenheid.
•
Voor het exporteren van foto's en video's naar een PACS-server is een stabiele netwerkverbinding (wifi of
LAN) vereist. Als er tijdens het exporteren een netwerkfout optreedt, wordt de export geannuleerd. U kunt
in plaats daarvan kiezen om bestanden naar een USB-stick te exporteren of te wachten tot de verbinding
is hersteld voordat u naar de PACS-server exporteert.
276
11
13
14
0:00:07
16
15
10
12
17
Exporteren