Veiligheidsalarmen - smith&nephew RENASYS GO 66801244 Manual De Instrucciones

NL

Veiligheidsalarmen

Algemeen
Alle alarmen voor RENASYS™ GO hebben een lage prioriteit, wat aangeeft dat de aandacht van de bediener is vereist
(IEC 60601-1:2005, 3e editie en IEC 60601-1-8:2006).
Als er sprake is van een alarm en de audio is gepauzeerd wanneer er een nieuw alarm begint, wordt de
audiopauzering geannuleerd, klinkt het geluid en wordt op het scherm aangegeven dat er sprake is van een
nieuw alarm. Wanneer er sprake is van meerdere alarmen wordt de alarminformatie voor elk geactiveerde alarm
om beurten op het scherm van het apparaat weergegeven.
Aandachtspunten – gebrek aan alarmen:
Het RENASYS GO apparaat is uitgerust met alarmen voor te hoge toevoer/lek, laag vacuüm en volledige verstopping/
overcapaciteit canister om gebruikers tijdens de therapie van deze gebeurtenissen op de hoogte te stellen. Deze
alarmen zijn zo ontworpen dat ze worden geactiveerd door veranderingen in de drukstatus die het apparaat
detecteert. Er zijn echter scenario's die tijdens therapie kunnen optreden, die de functionaliteit van alarmen kunnen
beïnvloeden. Daarom is het belangrijk dat de patiënt, het apparaat en het wondverband met geschikte intervallen
wordt bewaakt om ervoor te zorgen dat therapie wordt toegediend.
Alarm voor te hoog vacuüm:
Het systeem heeft een extreem hoog vacuüm vastgesteld (>235 mmHg) en het apparaat stopt met de therapie.
Het voorval moet onmiddellijk door de behandelende deskundige worden onderzocht en gecorrigeerd.
Alarmsituatie
Status-/alarmindicator:
Te hoog vacuüm
brandt continu geel
Alarm bij hoge stroomsnelheid/lekkage:
Het apparaat detecteert een aanzienlijk lek in het systeem. Na correctie wordt het alarm automatisch gereset
en wordt de status-/alarmindicator weer continu groen.
Alarmsituatie
Status-/alarmindicator:
Hoge toevoer/lek
brandt continu geel
Audio voor hoge
Status-/alarmindicator:
toevoer/lek
brandt continu geel
gepauzeerd
Alarm voor te laag vacuüm:
Het vacuümniveau is >15 mmHg lager dan de instelling voor NDT. Na correctie wordt het alarm automatisch gereset
en wordt de status-/alarmindicator weer continu groen.
Alarmsituatie
Status-/alarmindicator:
Laag vacuüm
brandt continu geel
Laag vacuüm Status-/alarmindicator:
Audio gepauzeerd brandt continu geel
Zichtbare indicatie
! BEHAND.STOP
! TE HOGE DRUK
Zichtbare indicatie
! OPGELET
! LEK
! GELUID STIL
! LEK
Zichtbare indicatie
! OPGELET
! TE LAGE DRUK
! GELUID STIL
! TE LAGE DRUK
Weergavescherm
Elke 20 seconden klinkt
er 2 keer een pieptoon
Geluid kan niet worden
gepauzeerd
Weergavescherm
Elke 20 seconden klinkt
er 2 keer een pieptoon
Geluid kan worden gepauzeerd
Gepauzeerd gedurende
2-3 minuten
Weergavescherm
Elke 20 seconden klinkt
er 2 keer een pieptoon
Geluid kan worden gepauzeerd
Gepauzeerd gedurende
2-3 minuten
282
Geluidsalarm
Geluidsalarm
Geluidsalarm