U kunt de meegeleverde meetlepel gebruiken om gist, suiker, zout,
melkpoeder en kruiden te meten. De grote kant meet 1 eetlepel, de
kleine kant meet 1 theelepel.
Vul het met droge ingrediënten tot deze over de rand
komen en strijk ze af. NIet indrukken of schudden.
Het bakken voorbereiden
Zorg er voor dat u alle ingrediënten bij de hand hebt. Vul de pan zorgvuldig en controleer dat u geen
ingrediënten vergeet. Bij het vullen is het belangrijk dat de ingrediënten in de voorgeschreven volgorde
worden toegevoegd. Anders wordt het brood niet goed gebakken.
De ingrediënten moeten de temperatuur van een warme kamer hebben (20°C-25°C ). Als de kamer koud
is (onder de 18°C) moet u warm water gebruiken (40°C) zodat het gist volledig kan gisten. Als u geen
thermometer hebt en u wilt de temperatuur meten, moet u wat water verwarmen en dit langzaam toevoegen
aan een kan koud water tot de uiteindelijke temperatuur net warm aanvoelt.
De basisstappen van het bakken
Plaats het kneedmes in het bakblik, meet de
ingrediënten en voeg ze in de volgende volgorde
toe aan het bakblik:
1.
Water (of andere vloeistoffen).
2.
Broodmeel, suiker, melkpoeder, zout en boter.
3.
Maak een kuiltje in het midden van het meel
en sprenkel daar het gist in. Zorg er voor dat
het gist geen vloeistoffen en zout aanraakt
voordat het mengen begint. Anders rijst het
brood niet goed.
4.
Verwijder eventuele gemorste resten van de
buitenkant van het bakblik. Maak het bakblik
niet te vol, omdat dit het brood beïnvloedt en
de broodmachine beschadigt.
Plaats het bakblik en sluit het deksel
1.
Gebruik de handgreep van het bakblik om de pan
in de broodmachine te laten zakken.
2.
Draai het blik naar rechts om dit goed vast te
zetten.
3.
Leg de handgreep terug op het blik. Sluit het
deksel.
4.
De ingrediënten zijn nu klaar om te worden
gebakken.
5.
Steek de stekker in het stopcontact.
(S)
(L)
177
NL