Koppelingsschijven en -platen
inspecteren
Vervang de koppelingsschijven (1) als deze tekenen
van invreting of verkleuring vertonen.
Meet de dikte van elke koppelingsschijf.
Grenswaarde: 2,85 mm
Vervang de koppelingsschijven en -platen als set.
(1)
(1) koppelingsschijf
Controleer of de koppelingsplaten (2) tekenen van
vervorming of verkleuring vertonen.
Controleer de vervorming op een vlakplaat met een
voelermaat.
Grenswaarde: 0,15 mm
Vervang de koppelingsschijven en -platen als set.
(2) koppelingsplaat
Als u voelt dat de koppeling slipt bij het vervangen
van de koppelingsschijven en -platen, vervangt u de
koppelingsveren.
Koppelingsschijven en -platen
installeren
1. Installeer de veerzitting (1) en de anti-schokveer
(2) zoals getoond aan de koppelingsnaaf. Smeer
de koppelingsschijven (3) en -platen (4) in met
motorolie.
2. Installeer de koppelingsschijf A (schijf met
grotere binnendiameter) (5) in de
koppelingskorf.
Monteer de zeven koppelingsplaten en de zeven
koppelingschijven om en om.
(3)
(4)
(1) veerzitting
(2) anti-schokveer
(3) koppelingsschijven
(2)
3. Steek de koppelingslichterstang (6) in de
4. Breng motorolie aan op het naaldlager (7) en de
5. Installeer de koppelingslichter aan de stang.
(2)
(6) koppelingslichterstang
(7) naaldlager
6. Installeer de koppelingsdrukplaat (10).
7. Installeer de vier koppelingsveren en de bouten
8. Zet de bouten kruiselings in twee of drie stappen
(1)
(5)
(4) koppelingsplaten
(5) koppelingsschijf A
(10) koppelingsdrukplaat
(11) koppelingsveren en bouten
Koppelingssysteem
hoofdas.
ring (8) en installeer ze aan de koppelingslichter
(9).
(9)
(6)
(8)
(8) ring
(9) koppelingslichter
(11).
vast met het voorgeschreven aantrekkoppel:
12 N·m (1,2 kgf·m)
(11)
Onderhoud aan uw Honda
(7)
(10)
(vervolg)
69