FR
EN
DE
ES
IT
PT
Nederlands(Vertaling van de originele instructies)
is ingesteld door aan de hendel/hand-bescherming
te trekken.
Trek de chokehendel geheel uit in de VOLLEDIGE
Q
CHOKESTAND.
Trek aan het startkoord tot de motor draait, maar
Q
probeer dit niet meer dan 5 keer. Indien de motor
na 5 keer nog niet draait, pas dan de procedure
voor het starten van een koude motor toe.
Knijp de gashendel in en laat weer los om de motor
Q
stationair te laten draaien.
DE MOTOR STOPPEN
Zie figuren 7 en 14
Laat de gashendel los en laat de motor stationair draaien.
Om de motor af te zetten, zet u de contact-schakelaar in
de stopstand (O). Leg de kettingzaag niet op de grond
wanneer de ketting nog draait. Voor extra veiligheid dient
u de kettingrem in te schakelen wanneer de zaag niet
wordt gebruikt.
Voor het geval dat de contactschakelaar de zaag niet
stillegt, trekt u de chokehendel in de volledig uitgetrokken
stand (Volledige choke) en schakelt u de kettingrem
in om de motor stil te leggen. Als de contactschakelaar
de zaag niet stopt wanneer deze in de stopstand wordt
gezet, laat dan de contactschakelaar herstellen vooraleer
u de kettingzaag opnieuw gebruikt om onveilige situaties
of ernstige verwondingen te voorkomen.
OPMERKING: Als u klaar bent met de zaag, ontlast
dan de druk in de tanks door de kettingolie- en
brandstofdoppen los te draaien en terug vast te draaien.
Laat de motor afkoelen vooraleer u de kettingzaag
opbergt.
STATIONAIR TOERENTAL AANPASSEN
Zie figuur 15
Wanneer de motor start, draait en versnelt, maar
Q
niet stationair wil draaien, draai de stationaire
snelheidsschroef "T" in de richting van de wijzers
van de klok om de stationaire snelheid te verhogen
2600~3600 rpm.
Wanneer de ketting draait bij stationair toerental,
Q
draai dan de stationaire toerentalschroef "T"
in tegenwijzerzin om het stationair toerental te
verlagen en de kettingbeweging te stoppen. Als
de kettingzaag nog steeds draait bij stationair
toerental, neem dan contact op met een erkend
Homelite-onderhoudscetrum voor aanpassingen
en stop het gebruik tot het apparaat is hersteld.
WAARSCHUWING:
DE ZAAGKETTING MAG BIJ STATIONAIR
TO E R E N TA L N O O I T D R A A I E N . A l s d e
zaagketting draait bij stationair toerental kan dit
leiden tot ernstige lichamelijke letsels.
DUWEN EN TREKKEN
Zie figuur 16
De reactiekracht is altijd tegenovergesteld aan de richting
960390004-05.indd Sec1:159
960390004-05.indd Sec1:159
NL
SV
DA NO
FI
HU CS RU
waarin de ketting beweegt. De gebruiker moet dus
bedacht zijn om de controle over de TREKkracht te
behouden, wanneer met de onderkant van het zaagblad
wordt gezaagd, en bedacht zijn om de controle over de
DUWkracht te behouden, wanneer met de bovenkant van
het zaagblad wordt gezaagd.
Opmerking: Uw kettingzaag werd in de fabriek volledig
getest. Het is normaal om wat olieresidu op de zaag aan
te treffen.
VOORZORGSMAATREGELEN TEGEN TERUGSLAG
Zie figuren 17-18
Draaiende terugslag treedt op wanneer de bewegende
ketting in contact komt met een voorwerp in de
terugslaggevarenzone van het zaagblad. Het resultaat is
een bliksemsnelle, achterwaartse reactie waardoor het
zaagblad omhoog en achterwaarts in de richting van de
gebruiker springt. Door deze reactie kan men de controle
verliezen? wat kan leiden tot ernstige verwondingen.
VOORBEREIDING VOOR ZAGEN
JUISTE GRIP OP DE HANDGREPEN
Zie figuur 19
Raadpleeg de "Algemene veiligheidsvoorschriften" voor
een geschikte veiligheidsuitrusting.
Q
Q
Q
159
RO PL
SL
HR ET
Draag antisliphandschoenen voor maximale grip
en bescherming.
Hou de zaag altijd met beide handen stevig vast.
Hou altijd uw linkerhand op de voorste handgreep
en uw rechterhand op de achterste handgreep
zodat uw lichaam zich links van de zaaglijn
bevindt.
WAARSCHUWING:
Gebruik nooit een linkshandige (kruislingse)
greep of een houding waardoor uw lichaam of
arm de zaaglijn kruist.
Houd de kettingzaag altijd stevig vast wanneer de
motor draait. De vingers moeten de handgreep
omsluiten en de duim moet zich onder de
handgreep bevinden. Met deze greep is de kans
het kleinst dat deze wordt verbroken door een
terugslag of een andere plotselinge reactie van
de zaag. Elke greep waarbij vingers en duim zich
aan dezelfde kant van het handgreep bevinden, is
gevaarlijk omdat een lichte terugslag van de zaag
verlies van de controle kan betekenen.
WAARSCHUWING:
Zie figuur 20
Bedien de gashendel NIET met uw linkerhand
waarbij u de voorste handgreep met uw
rechterhand vasthoudt. Zorg ervoor dat geen
enkel lichaamsdeel zich in zaaglijn bevindt, terwijl
u de zaag bedient.
LT
LV
SK BG
22/02/2010 4:06 PM
22/02/2010 4:06 PM