Bijlage A: Ingrijpen bij noodsituaties
BIJLAGE A: INGRIJPEN BIJ NOODSITUATIES
Overdosering van het geneesmiddel
WAARSCHUWING: RAADPLEEG DE DOCUMENTATIE BIJ DE BETREFFENDE
GENEESMIDDELEN VOOR EEN VOLLEDIG OVERZICHT VAN INDICATIES,
CONTRA-INDICATIES, WAARSCHUWINGEN, VOORZORGSMAATREGELEN,
ONGEWENSTE REACTIES EN INFORMATIE OVER DOSERING, TOEDIENING,
CONTROLEPROCEDURES EN PROCEDURES BIJ OVERDOSERING ZOALS
VERVAT IN DE DOCUMENTATIE BIJ DE VOORGESCHREVEN MEDICAMENTEN.
Raadpleeg het medisch dossier van de patiënt of diens behandelend arts ter verificatie van
de aard en concentratie van het medicament in het pompreservoir.
Handel bij verdenking op overdosering als volgt:
1.
Aspireer de katheter, indien van toepassing.
2.
Verwijder resterend geneesmiddel uit het reservoir. Zie de paragraaf B: Het
verwijderen van resterend geneesmidel uit het geneesmiddelreservoir, om het
pompreservoir te ledigen.
3.
Spoel het reservoir nadat de patiënt is gestabiliseerd. Zie de paragraaf C: Het
reservoir spoelen.
4.
Vul, nadat het geneesmiddelreservoir is gespoeld, het reservoir met 0,9 % zoutoplossing
om het vloeistofkanaal doorgankelijk te houden, of vul het reservoir met de juiste dosering.
Bijlage A – 96
CODFR11091zz01svn.indd 96
CODFR11091zz01svn.indd 96
9/27/2011 12:26:28 PM
9/27/2011 12:26:28 PM