5.3
Functionele test
Gevaar voor patiënten door onjuist weergegeven
beeld!
►
Vervuilde optische oppervlakken (camerakop)
WAARSCHUWING
voor en tijdens de operatie schoonmaken. De
punt van de endoscoop met in alcohol (70%
ethanol) gedrenkte doekje of met een neutraal
reinigingsmiddel schoonmaken.
►
Voor aanvang van gebruik evenals na wijziging
van de instellingen de juiste weergave van het
live-beeld controleren. Eventueel een witbalans
uitvoeren.
Gevaar voor patiënten en gebruikers door functie-
uitval of elektrische schok!
►
Alleen droge componenten gebruiken (bijv.
WAARSCHUWING
stekkeraansluiting voor cameracontrole-unit,
lens) gebruiken.
Opmerking
De ingreep alleen uitvoeren indien alle gebruikte apparatuur in goede staat
is.
Opmerking
Voor ieder gebruik, na stroomuitval of een onderbreking alle aangesloten
apparatuur controleren op functionaliteit en controleren of alle aansluitin-
gen correct zijn.
Opmerking
Het beeld van de endoscoop moet bij overeenkomstige werkafstand scherp,
helder en duidelijk zijn.
Opmerking
Beschadigde producten niet verder gebruiken.
5.4
Gebruik
Gevaar voor brandwonden door warmteontwikke-
ling bij de punt van de endoscoop!
►
WAARSCHUWING
De endoscoop tijdens gebruik niet op de patiënt
leggen.
►
In de buikholte van de patiënt steeds voldoende
afstand houden tussen de lens, de weefsels en
slijmvliezen van de patiënt.
►
Voor een automatisch regeling van de hoeveel-
heid licht zorgen of de lichtbron zo instellen dat
bij een zo laag mogelijke lichtintensiteit een
helder, goed belicht beeld zichtbaar is.
►
Als belichting niet meer nodig is of als de endo-
scoop langere tijd buiten het lichaam van de
patiënt is de lichtbron uitschakelen.
Te hoge temperatuur in combinatie met lichtbronnen
Lichtbronnen en in het bijzonder lichtbronnen met een groot vermogen
geven een grote hoeveelheid licht- en warmte-energie af. Daardoor kan
de lichtgeleideraansluiting evenals het distale uiteinde van de endoscoop
zeer heet worden.
Gevaar voor letsel door te hoge temperatuur!
►
De lichtgeleideraansluiting en het distale uit-
einde van de endoscoop tijdens het gebruik of
WAARSCHUWING
direct na gebruik in geen geval aanraken.
Risico's van het gebruik van de lichtbron:
■
Onherstelbare weefselschade of ongewenste coagulatie bij patiënten
c.q. de gebruiker
■
Verbrandingen of thermische beschadiging van de chirurgische uitrus-
ting (bijv. OK-doeken, plastic materiaal)
■
Als de lichtbron uitvalt dan kan dit tot gevaar leiden. Houd daarom een
gebruiksklare reservelichtbron gereed.
Veiligheidsmaatregelen
►
Niet langer dan nodig in het lichaam van de patiënt schijnen met de
lichtbron.
►
De automatisch ingestelde hoeveelheid licht gebruiken of de lichtbron
zo instellen dat bij een zo laag mogelijke lichtintensiteit een helder,
goed belicht beeld zichtbaar is.
►
Het distale uiteinde van de endoscoop of lichtgeleideraansluiting niet
met weefsel van de patiënt, of brandbare c.q. warmtegevoelige mate-
rialen in contact brengen.
►
Het distale uiteinde van de endoscoop niet aanraken.
►
Verontreinigingen op het distale uiteinde c.q. oppervlak waar het licht
uittreedt verwijderen.
Gevaar voor letsel en/of slechte werking!
►
Voer voor elk gebruik een functionele test uit.
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel door verbrandingen en onge-
wenste dieptewerking en gevaar voor beschadiging
van het product!
WAARSCHUWING
►
De stroom met hoge frequentie pas aanzetten
wanneer het overeenkomstige onderdeel (elek-
trode) door de endoscoop zichtbaar is en er geen
contact bestaat.
Infectiegevaar door contaminatie van het steriele
gebied!
►
Camerakabel (niet steriel) met de steriele hoes
WAARSCHUWING
(steriel) zo dicht mogelijk bij het operatiegebied
bevestigen.
117