De endoscoop uitpakken en plaatsen
•
Gebruik geen mes of ander scherp voorwerp om de zak of de kartonnen doos te openen.
•
Plaats de aScope™ Duodeno tijdens het uitpakken op een vlakke ondergrond. Als u
de aScope™ Duodeno laat vallen, kan deze beschadigd raken.
Vóór gebruik
•
Om te voorkomen dat de patiënt in de endoscoop bijt, wordt aanbevolen om
een mondstuk in de mond van de patiënt te plaatsen voordat de endoscoop
wordt ingebracht.
•
Gebruik nooit een mondstuk dat vervormd of beschadigd is of andere
onregelmatigheden vertoont, omdat dit letsel bij de patiënt en/of schade aan de
apparatuur kan veroorzaken.
•
Om te voorkomen dat de patiënt een of meer tanden breekt, moet u voorafgaand aan
het onderzoek nagaan of er geen tanden met een tijdelijke kroon aanwezig zijn en er
geen tanden ontbreken.
•
Om te voorkomen dat de patiënt een tandprothese verliest, moet u ervoor zorgen dat
de patiënt deze voor het onderzoek verwijdert.
•
Zorg ervoor dat de opvangpot niet volledig wordt gevuld. De opvangpot moet na elk
onderzoek worden vervangen. Het gebruik van een volle opvangpot kan leiden tot
verlies van de afzuigfunctie, verlies van koeling of storing van de afzuigpomp.
De endoscoop bedienen
•
Zorg dat u de inbrengbuis of het distale uiteinde niet beschadigt wanneer
u scherpe instrumenten in combinatie met de aScope™ Duodeno gebruikt.
De endoscoopconnector zal dan loskomen van de aansluiting voor de
endoscoopconnector op de aBox Duodeno en het endoscopische beeld zal
verloren gaan.
•
Wees voorzichtig wanneer u het distale uiteinde van de inbrengbuis hanteert en zorg
dat dit uiteinde niet tegen andere voorwerpen aan komt, omdat hierdoor schade aan
de apparatuur kan ontstaan. Het lensoppervlak aan het distale uiteinde is kwetsbaar
en er kan visuele vervorming optreden.
•
Rol de inbrengbuis of de aansluitslang niet op in een diameter van minder dan 12 cm.
Dit kan leiden tot schade aan de apparatuur.
•
Probeer het inbrenggedeelte van de endoscoop niet met overmatige kracht te
buigen. Het inbrenggedeelte kan hierdoor beschadigd raken.
•
Draai of buig het buigstuk niet met uw handen. Dit kan leiden tot schade aan
de apparatuur.
•
De afzuigklep en het insufflatie-/reinigingsventiel van de endoscoop kunnen niet
uit het bedieningsgedeelte worden verwijderd. Door te hard te drukken, trekken of
draaien kunnen de schakelaars breken en/of waterlekken ontstaan.
•
De insufflatie- en spoelventielen van de endoscoop kunnen niet van het
bedieningsgedeelte worden verwijderd. Door er hard op te drukken, er hard aan te
trekken of ze hard te verdraaien, kunnen de schakelaars en/of ventielen breken, wat
leidt tot verlies van functionaliteit.
•
Breng geen olijfolie of producten die smeermiddelen op aardoliebasis bevatten (bv.
Vaseline®) op de endoscoop aan. Deze producten kunnen slijtage van de endoscoop
veroorzaken. Gebruik alleen smeermiddelen van medische kwaliteit die vrij zijn van
paraffine en siliconen.
•
Als de bedieningsschakelaars, de afzuigklep of het insufflatie-/spoelventiel na het
indrukken niet terugkeren naar de UIT-stand, trek ze dan voorzichtig omhoog om ze
terug te zetten naar de UIT-stand.
Endoscopische accessoires
•
Gebruik geen beschadigde endoscopische accessoires. Als er tijdens het gebruik
onregelmatigheden worden geconstateerd, neem dan passende maatregelen om
letsel bij de patiënt en/of schade aan de apparatuur te voorkomen.
412