aptus Heli-FX Instrucciones De Uso página 68

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 195
NL
Tabel 5: Aanbevolen minimumaantal EndoAnchors: buisvormige endoprothesen
Diameter aortahals
(proximaal of distaal)
≤ 29 mm
30 – 32 mm
33 – 36 mm
37 – 40 mm
> 40 mm
LET OP: EndoAnchors mogen niet worden geplaatst in niet-ondersteunde delen van endoprothesen
of delen van prothesen waar de stents niet volledig aan het prothesemateriaal zijn aangebracht.
• Voer de Applier onder doorlichting via de Guide op totdat de Applier aan het distale uiteinde van
de Guide tevoorschijn komt en contact maakt met de endoprothese. Blijf de Applier langzaam
opvoeren totdat er weerstand te voelen is: dit duidt erop dat de Applier de endoprothese stevig
tegen de vaatwand drukt. Deflectie van de Guide van de endoprothese vandaan moet onder
doorlichting in beeld worden gebracht.
OPMERKING: Het verdient aanbeveling EndoAnchors in een lateraal beeld te implanteren, zoals wordt
getoond in afbeelding 8. In deze oriëntatie wordt de distale C-vormige markering van de Heli-FX Guide
weergegeven als een ononderbroken rechte lijn. Als de distale C-vormige markering van de Guide
tijdens het opvoeren van de Applier van een rechte lijn in een 'C'-vorm verandert, duidt dat aan dat de
Applier niet langer loodrecht is gepositioneerd ten opzichte van de endoprothese (zie afbeelding 9).
Als dit het geval is, moet de appositiekracht worden verminderd door de Applier enigszins terug te
trekken en moet de Guide zo nodig opnieuw worden gepositioneerd. Zie afbeelding 8 voor de juiste
oriëntering van het implantaat. Als wordt geprobeerd de EndoAnchors in een tangentiële oriëntatie
te implanteren, kan dit leiden tot problemen bij de implantatie en een suboptimale fixatie en/of
afdichting van de endoprothese.
• Druk met behulp van de bedieningshandgreep van de Heli-FX Applier stevig op het midden van
de vooruit-knop voor de eerste fase van de aanbrenging van de EndoAnchor. De EndoAnchor
wordt gedeeltelijk aangebracht en PAUZEERT. Er worden vier (4) hoorbare tonen gegeven en
de lampjes van de vooruit- en achteruit-pijl lichten afwisselend op om aan te duiden dat de
gebruiker kan doorgaan met de aanbrenging van de EndoAnchor of de EndoAnchor terug kan
trekken in de Applier.
• OPMERKING: Als de EndoAnchor zich niet op de gewenste locatie bevindt, drukt u stevig op
het midden van de achteruit-knop om de EndoAnchor weer in de Applier te brengen en hem
te verplaatsen.
63
Angulatie van prothese
≤ 60˚
> 60˚ – 75˚
4
4
4
5
5
> 75˚ – 90˚
4
4
4
5
5
7
6
8
7
9

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido