Bestudeer alle lokale wetgeving rond fietsen. Lees de regels over
fietsverlichting, fietsen op trottoirs, fietsen op het fietspad, het gebruik van
off-road paden, de helmplicht, kinderzitjes en speciale fietsgerelateerde
wetgeving. Het is uw verantwoordelijkheid om de wetten te kennen en er
gevolg aan te geven.
1. Draag steeds een fietshelm die aan de laatste keuringsnormen
voldoet en die specifiek werd ontwikkeld voor uw fietsgebruik.
Volg steeds de instructies van de fabrikant voor wat betreft de
pasvorm, het gebruik en het onderhoud van de fiets. De meeste
ernstige fietsongevallen resulteren in verwondingen aan het hoofd
die in sommige gevallen voorkomen konden worden mocht de
fietser een helm gedragen hebben.
WAARSCHUWING: Fietsen zonder fietshelm kan resulteren in
ernstige verwondingen of zelfs de dood.
2. Voer voor elke fietstocht de mechanische veiligheidscontrole (Hoofdstuk 1C)
uit.
3. Zorg ervoor dat u grondig vertrouwd bent met de bedieningsorganen van uw
fiets: remmen (hoofdstuk 4C), pedalen (hoofdstuk 4E), schakelen (hoofdstuk 4D).
4. Let erop dat u lichaamsdelen en andere voorwerpen uit de buurt houdt
van puntige fietsonderdelen zoals kettingbladen, van de bewegende ketting, de
draaiende pedalen, cranks en wielen van uw fiets.
5. Draag altijd:
• Schoenen die niet los komen van uw voeten en de grip op de pedalen
behouden. Zorg ervoor dat veters niet verstrikt kunnen geraken in bewegende
onderdelen en fiets nooit blootsvoets of met sandalen.
• Draag heldere, goed zichtbare kleding die niet zo los zit dat ze kan verstrikt
geraken in bewegende onderdelen van de fiets of die aan objecten langs de weg
kan blijven vasthaken.
• Een bril die uw ogen beschermt tegen stof, insecten en andere
rondvliegende rommel. Kies voor een bril met getinte lenzen in zonnige
omstandigheden en voor heldere lenzen als het minder zonnig is.
6. Maak geen sprongen met uw fiets. Springen met een fiets (zeker met een
BMX of mountainbike) kan leuk zijn, maar de sprongen kunnen enorme en
onvoorspelbare druk uitoefenen op een fiets en zijn onderdelen. Fietsers die toch
sprongen maken lopen het risico op ernstige beschadigingen aan hun fiets en
lichamelijke letsels voor henzelf. Voor u probeert te springen met uw fiets, aan
stuntrijden gaat doen of aan wedstrijden gaat deelnemen moet u hoofdstuk 2F
lezen en begrijpen.
7. Fiets aan een snelheid die aangepast is aan de omstandigheden. Sneller
fietsen betekent grotere risico's.
B. Veilig fietsen
1. Houdt u aan alle internationale en lokale verkeersregels.
2. U deelt de weg of het pad met anderen (autobestuurders, motorrijders,
voetgangers en andere fietsers): respecteer hun rechten.
3. Rij defensief. Ga er altijd van uit dat andere weggebruikers u niet gezien
hebben.
7